Fien Hamstra (interview door Koos Kolenbrander en Rob Herber, 2013).
Fien Hamstra te paard (zonder zadel en stijgbeugels) op Larenstein
Fien Hamstra-van der Grift is 6-2-1936 op de boerderij Larenstein aan de Groenekanseweg in de Bilt geboren. De boerderij is in 1854 gebouwd en in 1968 t.b.v. de nieuwbouw afgebroken.
Een ‘Laar’ is oud-Nederlands voor open plek in het bos. Fien vertelt dat haar vader, Adriaan van der Grift, in Loosdrecht is geboren. In mei 1915 heeft hij Larenstein van Evert Doornenbal overgenomen. Adriaan was met Klazina Timmer getrouwd. Zij is op 2 mei 1916 na de geboorte van een tweeling overleden.
Adriaan is in 1923 hertrouwd met zijn buurmeisje Elisabeth Willemijntje Floor. Er zijn daarna nog vier kinderen geboren, waarvan Fien de jongste is. Larenstein was oorspronkelijk een akkerbouwbedrijf op de zandgrond, maar is later een gemengd bedrijf geworden. Adriaan molk gemiddeld 25 koeien, had wat jongvee en hield een aantal paarden, waar hij zeer op gesteld was.
Fien volgde op de Rehobothschool aan de Hessenweg, die de Hessenwegschool werd genoemd, lager onderwijs. De school stond op de plek van het huidige Hessenhof. Na de lagere school ging Fien naar de huishoudschool aan de Tuinstraat. Dat was een tweejarige opleiding.
Toen ik daarna al een tijdje thuis werkte, ging ik naar de avond-mulo aan de Croeselaan in Utrecht vertelt Fien. Na de avond-mulo wilde ik graag doorleren om in het onderwijs te kunnen gaan werken. Maar in 1958, 14 dagen voor mijn eindexamen, overleed mijn vader. Toen heb ik samen met mijn moeder en een broer die ook nog thuis was een maatschap gevormd en hebben we de boerderij nog een tijdje voortgezet.
Vanaf mijn kindertijd heb ik veel in De Bilt zien veranderen. Naast onze boerderij was nog een stukje bos, waarop thans het huidige bedrijventerrein Larenstein is gekomen. Er was een stukje eikenhakhout, waarop de vuilstortplaats van de gemeente lag. Van het huishoudelijk afval werd compost gemaakt. We mochten daar geen voedsel voor de menselijke consumptie op verbouwen: alleen diervoeder was toegestaan.
Mijn broers gingen wel eens op de vuilstort ‘vaaltjutten’. Dit was in de familie zo bekend, dat als we thuis iets nieuws hadden gekocht, er altijd meteen werd gevraagd: ‘komt dat van de vaalt?’ In 1955 heeft Defensie het vaaltterrein gekocht om er een MOB-complex te vestigen (mobilisatiecomplex, speelde een rol in de Koude oorlog, redactie). Later is hier het bedrijventerrein Larenstein gestart. De huidige Milieustraat werd aan de laan Weltevreden gevestigd.
Mijn eerste herinneringen aan het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog gaan over mijn broer die met een zelfgemaakte pijl en boog op overkomende vliegtuigjes schoot. Het waren vliegtuigjes van het Nederlandse leger die naar Duitse parachutisten zochten.
Ook herinner ik me nog dat plotseling alle koeien weg moesten, omdat de polder in Groenekan onder water zou worden gezet. Mijn vader had stiekem toch een koe op stal aangehouden, want een boer zonder koe kan niet en je moet ook nog melk hebben.
De bezetting heeft niet zoveel indruk op mij gemaakt. We hadden genoeg te eten en ik kon gewoon naar school. Het laatste oorlogsjaar was wel heftig. We kregen evacués uit Huissen op de boerderij. We hadden iedere dag melkklanten aan de deur. Mijn vader liet onze eigen verbouwde tarwe malen bij de molen Gezina en bracht het meel naar bakker Wilking aan de Looijdijk.
We hadden ook inkwartiering van 12 Hongaren met paarden en vier Duitsers. De Bevrijding hebben we met drie van de Duitsers gevierd. Een van hen was kok. Hij heeft tijdens het vieren van de Bevrijding voor ons gekookt. Vanaf september 1944 ben ik niet meer naar school geweest, omdat het te gevaarlijk was. Na de Bevrijding ging de gehele derde klas over naar de vierde.
Nadat in 1953 mijn oudste broer plotseling is overleden, hebben we onze eerste melkmachine gekocht. Er werd toen ook een inwonende knecht aangenomen. In de weekenden dat hij vrij was moest ik meehelpen met melken.
In 1952 hadden we al bericht gekregen dat ons land gebruikt zou worden voor de nieuwbouw van De Bilt en dat de boerderij weg moest. De flats rukten op en achter Weltevreden begonnen ze ook al te meten. Door de nieuwbouw hielden we steeds minder land over. In 1968 is Larenstein tijdens de sloop afgebrand.
In juli 1963 ben ik met Sietse Hamstra getrouwd. Hij werkte al dierenarts bij de Buitenpraktijk van de faculteit Diergeneeskunde. Daarna is hij in Bunnik en Houten gaan werken. 17 jaar geleden is hij met werken gestopt met pensioen gegaan.
Ik besef dat ik op een interessant stukje grond ben geboren en opgegroeid, want je woont hier op de grens van oorspronkelijke heidegrond en moerasgebied.