Het landgoed Oostbroek is ontstaan daar waar kort voor 1122 het klooster Oostbroek werd gesticht. Na de Reformatie kwamen de bezittingen van het klooster onder het beheer van de Staten van Utrecht die halverwege de 17e eeuw tot verkoop van grote stukken grond overgingen.
Huize Oostbroek, De Bilt (1922) Bunnikseweg 39
Zo werd op 12 mei 1676 het oude ende vervallen huys van Oostbroeck metten boomgaert, boerenhuys en schuyre verkocht aan Pieter Ruijsch. Behalve de grond met de opstallen verkreeg deze Pieter ook het recht tot aenstellen ende maecken van twee scheepenen ofte gerechtsluyden.
Het tegenwoordige huis Oostbroek dateert uit 1887/1888. Het werd gebouwd in opdracht van de Utrechtse wethouder mr. Willem Jan Royaards van der Ham. Ook de oranjerie en het koetshuis dateren uit die tijd. De tuin werd tegelijkertijd naar ontwerp van I.H.T. van Lunteren in Engelse landschapsstijl aangelegd.
In 1912 werd Jean Chretien van Son eigenaar, die het landgoed in 1919 verkocht aan Hadde van Reek, koopman en fabrikant te Scheveningen. Tot 1978 bleef het in handen van zijn familie die het in 1978 verkocht aan Het Utrechts Landschap.
Tegenwoordig wordt het huis door Het Utrechts Landschap als kantoor gebruikt. Het voormalige koetshuis wordt als kantoor gebruikt door Landschap Erfgoed Utrecht. De oranjerie is in gebruik als Winkeltje van het Landschap. Bij de oranjerie wordt weer hoogstamfruit gekweekt.
Ook is er op het landgoed een knuppelbrug aangelegd om te laten zien hoe men zich vroeger door dit moerassige gebied trachtte te verplaatsen. Het landgoed is voor het publiek opengesteld.